Juul (25) is geboren en getogen in Assen. Ze studeerde Theaterwetenschappen in Amsterdam, maar tijdens haar studie bleef het hoge noorden toch trekken. Ze besloot terug te gaan en volgde een master Cultuurbeleid en Management in Groningen. Inmiddels is ze niet alleen zakelijk leider en producent bij IFA, maar ook bij theatergezelschap Tussenland. Juul: “Ik vind het heel leuk om door mijn werk weer verbinding met Assen te krijgen en plekken waar ik als kind al kwam opnieuw te ontdekken.”
Zeg Juul, fondsenwerving en subsidieaanvragen is onderdeel van je takenpakket. Dat klinkt, zoals je functie al zegt, vrij zakelijk. Wat maakt dit nou zo aantrekkelijk voor jou?
“Ha, het klinkt zeker zakelijk, maar daar zie ik dus juist de uitdaging van in! Ik vind het heel erg leuk om na te denken over hoe ik dingen op de juiste manier moet verwoorden. Sowieso vind ik het organisatorische aspect van een festival erg interessant. Zo heb ik bijvoorbeeld ontzettend veel ontzag voor Henriëtte. Hoe zij een compleet festivalprogramma in elkaar kan zetten, vind ik heel knap. Ik ben blij dat ik haar heb om samen een sterk projectplan in elkaar te zetten en zo een festival met maatschappelijke meerwaarde als IFA te etaleren bij bepaalde fondsen.”
Het is duidelijk dat je festivals organiseren en theater erg interessant vindt, maar hoe zit dat eigenlijk met film?
“Film hoort zeker ook bij mijn grote liefdes. Als kind kwam ik al in, toen nog, de Kolk en bezocht ik Asser Filmliga. Daarnaast heb ik een Pathe Unlimited pas. Ik vind het heerlijk om in mijn eentje naar de film te gaan en me twee uur lang gewoon alleen op een film te concentreren.”
Heb je dan een voorkeur voor bepaalde films?
“Films die wringen en schuren. Film, en alle kunstvormen eigenlijk, kunnen een bepaald onderwerp goed bespreekbaar maken. Een film kan raken en tegelijkertijd toch op afstand blijven waardoor je heel anders naar een onderwerp kan kijken, dan wanneer je bijvoorbeeld zelf heel dicht bij dat onderwerp staat. Het moment dat je een filmzaal uitloopt is voor mij daarom ook favoriet: de gesprekken op de gang over de film die we net allemaal gezien hebben. Dat vind ik ook zo mooi aan IFA, met nagesprekken en panels bieden we echt dat stukje verdieping dat ik bij film zo belangrijk vindt.”
Merk je ook dat jouw werk nu lastiger is door de huidige omstandigheden rondom Covid-19?
“Nee helemaal niet! Ik moet echt zeggen dat fondsen heel goed meedenken. Ze zien echt wel dat het een lastige en rare periode is en ze willen graag helpen. Dus nee, ik heb zeker niet het gevoel dat mijn werk lastiger is. Het is wel anders dan normaal, we kunnen in ons projectplan natuurlijk niet ontkennen dat het festival misschien (deels) digitaal zal moeten plaatsvinden. Niemand weet hoe de wereld er in maart 2021 uitziet, de fondsen weten dat ook niet en het is heel fijn dat ze niet van ons verwachten dat wij dat wel doen.”
Nu we het toch over komend festival hebben, waar kijk je het meest naar uit?
“Ik heb ontzettend veel zin om de editie eens vanaf de organisatorische kant mee te maken. Daarnaast zijn we op dit moment goed aan het nadenken of het festival online, hybride of een soort hybride+ gaat plaatsvinden. We houden nog overal rekening mee en ik ben eigenlijk gewoon erg benieuwd wat het gaat worden, en natuurlijk hoe het publiek erop gaat reageren. Misschien organiseren we wel dingen die zo succesvol blijken dat we ze de komende jaren ook mee gaan nemen! We hebben nu veel ruimte om creatief te zijn en dingen uit te proberen. Daar heb ik zin in.”